Om als een het algemeen nut beogende instelling (ANBI) te worden aangemerkt moet het dienen van het algemeen belang niet alleen de doelstelling zijn maar ook uit de feitelijke activiteiten blijken.
De Belastingdienst trok de ANBI-status van een stichting in die watersportactiviteiten aanbood voor mensen met een beperking. Volgens de Belastingdienst stonden plezier en een zinvolle vrijetijdsbesteding voorop bij de activiteiten van de stichting. De wet bevat geen definitie van een algemeen nut beogende instelling.
De rechtbank vond aannemelijk dat de stichting met haar feitelijke activiteiten het algemeen belang diende. De stichting richtte zich op het bevorderen van het welzijn van mensen met een beperking door middel van watersportactiviteiten. Dat werd bevestigd door verklaringen van andere instellingen waarmee de stichting samenwerkte. De rechtbank verwees naar de Memorie van Toelichting bij de Geefwet. Daarin staat dat organisaties die werkzaam zijn in de sportieve sfeer onder omstandigheden kunnen worden aangemerkt als ANBI. Daarbij moet worden gedacht aan organisaties die zich richten op specifieke doelgroepen zoals jongeren in achterstandswijken of gehandicapten, en die hun doel trachten te bereiken door middel van sportactiviteiten. De rechtbank was van oordeel dat de Belastingdienst de ANBI-status ten onrechte heeft ingetrokken.