Bij de Tweede Kamer is het wetsvoorstel Wet deregulering arbeidsrelaties in behandeling. Dit wetsvoorstel regelt de afschaffing van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR). Aanvankelijk zou de VAR worden vervangen door de Beschikking Geen Loonheffingen (BGL). De BGL stuitte echter op grote weerstand, waarna de staatssecretaris besloot daar niet mee door te gaan. In plaats daarvan zal nu gewerkt worden met modelovereenkomsten. Daar komt geen wettelijke basis voor.
In het wetgevend overleg tussen de vaste commissie voor Financiën en de staatssecretaris zijn vragen gesteld over de inhoud en de strekking van het wetsvoorstel. Volgens de staatssecretaris is de strekking van het wetsvoorstel geen andere dan het afschaffen van niet-werkende instrumenten. In de beoordeling van ondernemerschap of werknemerschap verandert niets. De kern is dat de Belastingdienst op verzoek van betrokkenen zekerheid vooraf geeft over een arbeidsverhouding.
Er zijn vragen gesteld over het in cao’s maken van afspraken die zelfstandigen raken en wat dan de gevolgen zijn van het algemeen verbindend verklaren van een cao. De staatssecretaris verwijst die vragen naar de minister van SZW. Er is een debat gepland met de Tweede Kamer over de toekomst van de cao. Daarin horen deze vragen besproken te worden.
Ook over de handhaving door de Belastingdienst zijn vragen gesteld. Het wetsvoorstel biedt de mogelijkheid om te handhaven op het niveau van de opdrachtgever in plaats van op het niveau van de opdrachtnemer. De staatssecretaris geeft aan dat als er meerdere zelfstandigen werken voor eenzelfde opdrachtgever volgens een goedgekeurde overeenkomst en vervolgens één opdrachtnemer zich daar niet aan houdt, dat niet wil zeggen dat voor alle zelfstandigen geldt dat zij als fictieve werknemer worden beschouwd. De controle maakt overigens deel uit van de reguliere controlepraktijk. Het is niet de bedoeling dat er bijzondere handhavingsteams komen.
Wanneer iemand wordt aangemerkt als fictieve werknemer kan hij na beëindiging van zijn opdracht aanspraak maken op een WW-uitkering terwijl er geen premie is betaald. Het recht op uitkering is losgekoppeld van de premiebetaling. De staatssecretaris geeft wel aan dat als een opdrachtnemer zich niet aan de overeenkomst houdt, er een dienstbetrekking ontstaat en de opdrachtnemer aan de voorwaarden voor WW voldoet, de premies nagevorderd kunnen worden. Die navordering komt niet per definitie voor rekening van de opdrachtgever.
De modelovereenkomsten zullen in beginsel openbaar worden gemaakt via de website van de Belastingdienst. Er kunnen redenen zijn waarom partijen niet willen dat hun overeenkomst openbaar wordt gemaakt. Dat recht hebben zij. In die gevallen zal de overeenkomst niet worden gepubliceerd.